Een weg afleggen, draagt veranderingen in zich die zich weerspiegelen op verschillende vlakken…
Stad en land afreizende, begijnhoven bezoeken, durven vragen stellen, een blog schrijven,… onderweg kwam ik heel wat mensen tegen die kort of langer bleven…
Onderweg
Terugkijkende besef ik aan een ellenlange lijst te komen als ik naga waar een ontmoeting van betekenis was: de alleszeggende blik van de non in Brugge, het kerkbezoek in Herentals, een begijnenboek als cadeau uit handen van een vriendin – ‘toevallig gevonden’, de Klantvriendelijke service in ‘De Slegte‘, de gepaste informatie bij het zoeken naar ‘Maria‘, de mensen die naar mijn eerste lezing kwamen, een enthousiaste verwelkoming op een toeristische dienst,… u had tijd, woorden, thee, enthousiasme, een tip, realiteitszin, een gegeven grens, een vraag, een sleutel, een boek,… voor mij: dank u wel!
Het Anderlechtse begijnhof: de ontmoeting met Daniëlle werd een stap naar nieuwe ‘begijnenvriendschappen’.
Vanuit mijn queeste deed zich een verschuiving voor in mijn vriendenkring: toevallig of niet zijn de meeste van de ‘nieuwe vriendschappen’ vrouwen – ouder en daarmee ‘wijzer’ dan mij. Zij maken deel uit van mijn erf-goed…
In mijn dankwoord poog ik, met mijn geheugen als leidraad, ‘meewandelaars’ een plaats te geven. Sowieso is iedere ont-moeting, of deze nu neergeschreven werd of niet, voor mij waardevol geweest. Terugkijkend kan ik alleen maar concluderen hoe ‘rijk’ ik ben (geweest): op een vriendelijke vraag of wenk kwam meestal een even vriendelijk antwoord.
Meewandelaars kwamen in alle soorten en maten – een begijnhof zonder kat(ten) lijkt me onmogelijk: hekserij? 😉 (Klein begijnhof – Leuven)
De blog
Een paar maanden na het begin van mijn queeste besloot ik deze blog te starten: ik woog bewust af wat ik wel en niet zou vermelden, een stuk ‘privé’ werd immers openbaar met als doel het begijnenerfgoed in de kijker te plaatsen. Al gauw merkte ik ‘mijn kind’ ook te moeten beschermen: ik verdiepte mij noodgedwongen in auteursrechten.
Al schrijvende vond ik na een aantal weken een stijl waar ik me goed bij voelde en wekelijks schrijven werd een gewoonte. Fijne reacties op stukjes deden me deugd. Terwijl ik het zoveelste blogstuk nu schrijf, vraag ik mij ook af hoe u, beste lezer, het meevolgen van de queeste hebt beleefd – u hebt immers een twee jaar lang ‘meegereisd’ naar zowat alle vrouwensteden van Vlaanderen: hoe was het voor u?